Het is eigenlijk verbazingwekkend dat het krentenboompje vrijwel nergens in moestuintjes wordt geplant. Het is ‘vergeten kleinfruit’, dat iedereen die het proeft verrukkelijk vind. Heerlijk zoet met een lichte amandelsmaak van de pitjes.
Als je op zoek gaat naar de struiken, dan zul je ontdekken dat je niet de enige bent. In Amerika werd hij vroeger ook wel ‘pigeon berry’ genoemd, omdat vogels er ook dol op zijn. Als je pech hebt dan plunderen ze in 1 dag een hele struik leeg waar je al weken naar uit zat te kijken. Gelukkig wordt het krentenboompje veel aangeplant in plantsoenen, en is er voor de echte liefhebber altijd wel één te vinden waar de vogels nog niet langs zijn geweest.
In Nederland wordt er officieel onderscheid gemaakt tussen twee ondersoorten, het Amerikaans Krentenboompje (Amelanchier Lamarckii) en het Drents Krentenboompje (Amelanchier Laevis), hoewel dat botanisch gezien achterhaald is en inmiddels door kruisbestuiving vrijwel alles er tussenin ook voorkomt.
Heel soms vind je de bessen bij de betere notenhandel (of online) gedroogd onder zijn canadese naam: de saskatoon, maar ze zijn vrij prijzig.
Door de grote variatie zal de slimme wildplukker dus zoveel mogelijk vindplaatsen vergelijken – vooral sappigheid en grootte van de vruchtjes (die tot wel 15mm groot kunnen zijn!) variëren enorm. Ook de grootte en groeivorm van de struik kan een groot verschil maken in hoe snel je de bessen kunt oogsten.
Bij het plukken hoef je niet al te kieskeurig te zijn met de rijpheid van de besjes, want ze rijpen nog goed na. Bovendien bevatten de besjes weinig zuur, en zijn ze ook bijna rijp al lekker. Eenmaal geplukt kun je de besjes verwerken in desserts, taarten, salades, of een heerlijke likeur (kneus dan ook goed de pitjes!)… of natuurlijk om zo weg te snoepen!
Pingback: Bes boven bes | Oogsten Zonder Zaaien