Grote engelwortel

Uit Wildpluk wiki
Versie door OZZ (overleg | bijdragen) op 15 mrt 2011 om 21:51

Engelwortel (Angelica archangelica) is een twee- tot vierjarige soort, die afsterft zodra ze zaad heeft voortgebracht. Engelwortel behoort tot de schermbloemenfamilie. De stengel is fijn gegroefd, kaal en van boven vertakt. De met merg gevulde, onderaan zeer dikke stengels worden tot 2,5 m hoog.

De onderste, lichtgroene bladeren zijn drievoudig geveerd en hebben een lange, ronde, holle en gegroefde steel. De stengelbladen zijn wat minder sterk geveerd en zitten met vliezige scheden aan de stengels. De brede bladstelen zijn aan de onderkant verdikt. De reusachtige driehoekige bladeren worden meer dan 60 cm lang en zijn verdeeld in eivormige, gezaagde, 3 tot 8 cm lange blaadjes.

De meestal roze bloempjesbloeien van juni tot september in schermen. De tot 20 cm grote, groenachtige en eindstandige schermen zijn samengesteld uit een aantal kleinere schermpjes. De schermen en schermpjes zijn veelstralig, met 20-40 stralen. De wortelstok is fijngeringd en raapvormig, hij is sterk gegroefd en bezet met resten van de wortelbladeren. De wortel is dik en vlezig. Het is een plant van natte, zeer voedselrijke grond aan waterkanten en rivieroevers.

Toepassingen

De bladeren kunnen als smaakmaker aan gemengde salades of aan soepen worden toegevoegd of samen met andere groenten worden gekookt. De stengels en bladstelen hebben een zoete smaak. De stengels moeten worden gepeld. Het beste is om de stengels in de lente te verzamelen. De wortel moet worden gekookt. Van de bladeren, de zaden en wortels kan thee worden gemaakt.


Niet teveel van gebruiken (Cumarine: huidreactie)


  • Wortel > Sm

Verzamelen: maart-september


  • Blad > Sn, Gr
  • Stengel > Gr, Ja, Sp, Sm

Verzamelen: mei-augustus


  • Zaad > Th, Dr

Verzamelen: september-oktober