Fluitenkruid: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 56: | Regel 56: | ||
Oogsten: Wortel hele jaar. Blad en bloemen maart, april en mei. | Oogsten: Wortel hele jaar. Blad en bloemen maart, april en mei. | ||
[[Categorie:maart]] | [[Categorie:maart]] | ||
[[Categorie:april]] | [[Categorie:april]] | ||
[[Categorie: | [[Categorie:mei]] |
Versie van 6 feb 2020 19:52
Fluitenkruid
Anthriscus sylvestris is een van de meest algemeen voorkomende schermbloemen in de bermen. De planten bloeien vanaf februari als een van de eerste in het voorjaar. Zelfs in zachte winters zijn soms bloeiende exemplaren te vinden. De bloei duurt tot juni. Behalve in bermen staan ze op vochtige bodems zoals in grasland, bosranden, langs heggen en op dijken. Ze houden van zon of enige schaduw.
Kenmerken en voorkomen
Het lichtgroene blad van fluitenkruid is twee- tot drievoudig geveerd, dat al in de winter in lage toeven tot ontwikkeling komt. Het is licht behaard aan de onderkant evenals de bladscheden. De penwortel is stevig. De schermen vol witte bloemen hebben geen omwindsels. Omwindseltjes zijn er wel. De bloemen aan de buitenranden van de schermen zijn stalend d.w.z. dat de kroonbladeren van die bloemen iets groter zijn dan van de bloemen middenin een scherm. De holle geribde stengels hebben nooit vlekken. De zaden zijn minder dan een jaar kiemkrachtig, de penwortel zorgt ieder jaar voor nieuwe planten. De zaden zijn donker en glad langwerpig.
Onderscheid met andere verwante soorten
De planten uit de schermbloemfamilie lijken soms erg veel op elkaar. Als je bladeren, stengels of wortels in het eten wilt gebruiken, is het belangrijk ze goed te kunnen onderscheiden. Sommige soorten zijn zeer giftig.
Fluitenkruid is verwant aan echte kervel, een gecultiveerde soort die soms verwilderd voorkomt. Deze eenjarige plant wordt gebruikt als keukenkruid en prefereert zeer voedselrijke bodems en iets meer schaduw dan fluitenkruid. De plant ruikt sterk naar anijs en heeft een gladde stengel, bloeit net zo vroeg als fluitenkruid. Het is een van de kruiden die aan kruutmoes, een stevige pap van gort en karnemelk met spek en worst, wordt toegevoegd.
Roomse kervel is een robuustere plant dan fluitenkruid en heeft een sterke geur. De bladeren van Roomse kervel hebben een witte tekening. Zie ook de pagina van Roomse kervel
Dolle kervel (Chaerophyllum temulum): de stengel is geribd, massief, begroeid met haren en rood gevlekt. Het blad is donker en paarsaanlopend. Het heeft net als de andere soorten twee- tot drievoudig samengesteld blad. Dolle kervel is licht giftig, als vee ervan eet kan het ‘dol’ worden.
Gevlekte scheerling (Conium maculatum) heeft blad dat fijner is dan fluitenkruid. De stengel is meestal paars gevlekt. Deze soort is zeer giftig en werd dan ook in de gifbeker gebruikt zoals de Grieken Socrates lieten drinken.
Hondspeterselie (Aethusa cynapium) is ook al een soort die met fluitenkruid verward kan worden en uiterst giftig is. De stengel is kaal, hol met fijne ribben. De vruchten echter zijn ovaal en niet langwerpig.
Heggedoornzaad (Torilis japonica) heeft donkergroene bladeren en niet-holle stengels die behaard zijn. De zaden hebben, zoals de naam doet vermoeden, stekels. Deze soort bloeit pas in de zomer. Staat grotendeels op beschaduwde plaatsen of op kapvlaktes. Deze eenjarige plant is niet giftig maar er zijn geen toepassingen beschreven.
Voor meer afbeeldingen kijk bij Roomse kervel
Verder is er nog verwarring mogelijk met wilde peen (Daucus carotus) maar de bladeren van die planten ruiken bij fijn wrijven duidelijk naar peen en zijn in ieder geval niet giftig.
Gebruikstoepassingen
Het vooral jonge blad van fluitenkruid is zowel rauw als gekookt eetbaar. Koken levert smaakverlies op. De wortel is eetbaar zeker als die enkele dagen is geweekt en daarna met andere groenten wordt gekookt.
Leuke weetjes
Van de holle stengel zijn fluitjes te maken zoals de naam al aangeeft. In het Engels heet de plant cow parsley, Letterlijk vertaald is dat koeienpeterselie.
Recepten
WILDE KRUIDENBOTER
• Handvol groene en wilde planten: meizoentjes, paardenbloem, dovenetel, munt, das- of bies- of kraailook en fluitenkruid ( heb je te weinig dan kan je dat met groene kruiden uit je tuin aanvullen, maar ben dan heel zuinig met dille)
• 250 gram echte boter ( op kamertemperatuur)
• Gebruik je geen look dan kun je een teentje knoflook doen, geplet en heel fijn gesneden
• Wat druppels appelazijn of citroensap
• 1 theelepel grove mosterd
• Zeezout en peper uit de molen
• En wat bloemen uit je tuin of de natuur: meizoentjes, bloemblaadjes paardenbloem, bloesem van vruchtbomen of meidoorn, bloemen van dovenetel of pinksterbloem
Prak de boter fijn, voeg de zeer fijn gesneden kruiden, die je eerst gewassen en drooggemaakt hebt, door de boter. Breng op smaak met peper en zout, een lepeltje mosterd en wat druppels azijn of citroensap. Maak er een rolletje van en rol dat door de bloemblaadjes. Verpak dat in plasticfolie en leg tot gebruik in de koelkast. Men kan nu van de boter mooie plakjes snijden. Heerlijk bij gekookte eieren en gekookt vlees. Maar ook bij gesmoorde groente overheerlijk. En natuurlijk bij zelfgebakken vers brood.
Oogsten: Wortel hele jaar. Blad en bloemen maart, april en mei.