Smalle weegbree: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(Een tussenliggende versie door een andere gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 3: | Regel 3: | ||
Smalle weegbree begint in de voorzomer te bloeien en er zijn tot in de herfst bloeiende exemplaren te vinden. De aar staat op een gegroefde steel en is wat groen-bruinig van kleur. De witte helmknoppen die op de helmdraden relatief ver buiten de aar staan steken hiertegen af. De bloempjes hebben doorschijnende kroonslipjes met een bruine streep. De bloempjes produceren drie zaden. De aar is bij planten in voedselarme omstandigheden korter en boller van vorm. | Smalle weegbree begint in de voorzomer te bloeien en er zijn tot in de herfst bloeiende exemplaren te vinden. De aar staat op een gegroefde steel en is wat groen-bruinig van kleur. De witte helmknoppen die op de helmdraden relatief ver buiten de aar staan steken hiertegen af. De bloempjes hebben doorschijnende kroonslipjes met een bruine streep. De bloempjes produceren drie zaden. De aar is bij planten in voedselarme omstandigheden korter en boller van vorm. | ||
De plant groeit op zonnige, open tot grazige plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselrijke grond en is o.a.te vinden langs oevers, bij ruderale gronden, akkers en omgewerkte grond. | De plant groeit op zonnige, open tot grazige plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselrijke grond en is o.a.te vinden langs oevers, bij ruderale gronden, akkers en omgewerkte grond. Zie [[Weegbree]] voor andere weegbree soorten. | ||
==Toepassingen== | ==Toepassingen== | ||
De zeer jonge bladeren kun je rauw eten, bijv op een boterham. Smaakt aards. Oudere bladeren zijn wat bitter en lastig om te bereiden. De vezels kunnen het best vlak voor het eten worden verwijderd, vaak kun je het blad wel tussen de nerven uitrissen. Bij Grote Weegbree(Plantago major) gaat dat makkelijker. De zaden kunnen tot poeder worden vermalen en aan bloem worden toegevoegd. | De zeer jonge bladeren kun je rauw eten, bijv op een boterham. Smaakt aards. Oudere bladeren zijn wat bitter en lastig om te bereiden. De vezels kunnen het best vlak voor het eten worden verwijderd, vaak kun je het blad wel tussen de nerven uitrissen. Bij Grote Weegbree (Plantago major) gaat dat makkelijker. De zaden kunnen tot poeder worden vermalen en aan bloem worden toegevoegd. | ||
==Geneeskrachtige toepassingen== | ==Geneeskrachtige toepassingen== | ||
Smalle weegbree heeft een antibiotische, ontstekingsremmende, verzachtende, mild laxerende en vochtafdrijvende eigenschappen. Gekneusde bladeren helpen bij een snelle genezing van brandwonden | Smalle weegbree heeft een antibiotische, ontstekingsremmende, verzachtende, mild laxerende en vochtafdrijvende eigenschappen. Gekneusde bladeren helpen bij een snelle genezing van brandwonden en door heet water verbrande huid, bij zwellingen en insectensteken. Verse bladeren moeten kort voor de bloei worden verzameld en goed worden gedroogd. Een thee of siroop helpt bij ontsteking in de keel en de bovenste luchtwegen en wordt aanbevolen als middel tegen hoesten en verkoudheid. Een kompres van geweekte zaden of het verse sap verdund met kamillethee helpt bij zweren, hoofdpijn en oog- en oorontsteking. Door de zaden in koud water te wellen kan het water ongezeefd na twee uur worden gedronken als middel tegen lichte diarree. | ||
*Jong blad te gebruiken als groente, met beslag frituren, in thee en in salades. Ook te gebruiken in soepen en om siroop van te maken. Voor de bloei het meest smaakvol/mals. Oudere bladeren eerst afkoken | *Jong blad is te gebruiken als groente, met beslag te frituren, in thee en in salades. Ook te gebruiken in soepen en om siroop van te maken. Voor de bloei het meest smaakvol/mals. Oudere bladeren eerst afkoken i.v.m. de bittere smaak. | ||
'''Verzamelen: vooral in het voorjaar en vroege zomer of het milde einde van een winter''' | '''Verzamelen: vooral in het voorjaar en vroege zomer of het milde einde van een winter''' | ||
Huidige versie van 17 nov 2020 om 11:34
Smalle weegbree (Plantago lanceolata) is een overblijvende plant en wordt 10 tot 80 cm hoog. De bladeren staan allemaal in een bladrozet. Ze zijn lancetvormig en in voedselrijke omstandigheden staan ze opgericht. Onder schrale omstandigheden zijn ze kleiner, ronder van vorm en liggen ze plat tegen de grond.
Smalle weegbree begint in de voorzomer te bloeien en er zijn tot in de herfst bloeiende exemplaren te vinden. De aar staat op een gegroefde steel en is wat groen-bruinig van kleur. De witte helmknoppen die op de helmdraden relatief ver buiten de aar staan steken hiertegen af. De bloempjes hebben doorschijnende kroonslipjes met een bruine streep. De bloempjes produceren drie zaden. De aar is bij planten in voedselarme omstandigheden korter en boller van vorm.
De plant groeit op zonnige, open tot grazige plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselrijke grond en is o.a.te vinden langs oevers, bij ruderale gronden, akkers en omgewerkte grond. Zie Weegbree voor andere weegbree soorten.
Toepassingen
De zeer jonge bladeren kun je rauw eten, bijv op een boterham. Smaakt aards. Oudere bladeren zijn wat bitter en lastig om te bereiden. De vezels kunnen het best vlak voor het eten worden verwijderd, vaak kun je het blad wel tussen de nerven uitrissen. Bij Grote Weegbree (Plantago major) gaat dat makkelijker. De zaden kunnen tot poeder worden vermalen en aan bloem worden toegevoegd.
Geneeskrachtige toepassingen
Smalle weegbree heeft een antibiotische, ontstekingsremmende, verzachtende, mild laxerende en vochtafdrijvende eigenschappen. Gekneusde bladeren helpen bij een snelle genezing van brandwonden en door heet water verbrande huid, bij zwellingen en insectensteken. Verse bladeren moeten kort voor de bloei worden verzameld en goed worden gedroogd. Een thee of siroop helpt bij ontsteking in de keel en de bovenste luchtwegen en wordt aanbevolen als middel tegen hoesten en verkoudheid. Een kompres van geweekte zaden of het verse sap verdund met kamillethee helpt bij zweren, hoofdpijn en oog- en oorontsteking. Door de zaden in koud water te wellen kan het water ongezeefd na twee uur worden gedronken als middel tegen lichte diarree.
- Jong blad is te gebruiken als groente, met beslag te frituren, in thee en in salades. Ook te gebruiken in soepen en om siroop van te maken. Voor de bloei het meest smaakvol/mals. Oudere bladeren eerst afkoken i.v.m. de bittere smaak.
Verzamelen: vooral in het voorjaar en vroege zomer of het milde einde van een winter