Wilde tijm

Wilde tijm

Jonge planten van wilde tijm

Wilde of kleine tijm (Thymus serpyllum) is een zeldzame soort die in het oosten van Nederland gevonden kan worden. Het is een rodelijst-soort. Er zijn ook een aantal andere tijm-soorten die nogal op elkaar lijken.

Kenmerken en voorkomen

Als struikje maakt wilde tijm dichte zoden. De kruipende stengel kan op de knopen wortelen. Het blad is lijnvormig tot elliptisch en heeft aan de onderkant verdikte nerven. Het blad is stijf, van boven kaal, van onder behaard. De stengel is afgerond. De paarse bloemen zijn er van juni tot september.

Gebruikstoepassingen

Tijm wordt van oudsher gebruikt als slijmoplosser bij verkoudheid. Tijmsiroop bevat een hoog gehalte aan antibacteriële stoffen.

In de keuken kan het meegekookt worden met vleesgerechten en soepen of toegevoegd worden aan Griekse en Zuid-Europese gerechten. Tomaten zijn heerlijk met tijm op smaak te brengen. Net als veel andere soorten uit de familie van de lipbloemen bevat het etherische oliën, waaronder rozemarijnzuur. Van de plant wordt alleen het blad gebruikt. Na drogen is de smaak intenser maar minder aromatisch.

Leuke weetjes

Grote tijm met haren op de ribben van de stengel

Andere tijmsoorten hebben ook de geur van wilde tijm en kennen dezelfde toepassingen. Er zijn vele cultivars, die soms verwilderd voorkomen en die verschillende hoeveelheden werkzame stoffen en geur hebben. Daarom is het niet altijd eenvoudig de verschillende soorten tijm te onderscheiden.

Echte tijm (Thymus vulgaris) is een groenblijvende halfstruik die als keukenkruid wordt gekweekt en gebruikt. Deze bloeit iets eerder dan de wilde variant. De bladrand is naar beneden opgerold en heeft onder veel haren.

Grote tijm (Thymus pulegioides) kan met wilde tijm verward worden maar heeft een vierkante stengel die op de ribben behaard is. Het blad is echter dun en valt in het najaar af.

Ook een tijmgeur heeft kruiptijm (Thymus praecox). Deze vormt losse zoden.

Recepten

Inmaak van pruimen met tijm

• 1 kg schoongemaakte en ontpitte pruimen
• 20 gr takjes verse tijm
• ½ liter wijnazijn
• 150 gr honing
• zout en peper

Vul twee gesteriliseerde potten van een halve liter met de pruimen en de tijm. Kook de azijn samen met de honing die op smaak gebracht is met zout en peper. Als de honing is opgelost het azijnmengsel kokend heet in de potten schenken. De potten luchtdicht afsluiten en omgekeerd laten afkoelen. Pas na drie weken is de compote op smaak.

Bron: Ingrediënten onder redactie van Anneke Ammerlaan

Verzamelen: mei-augustus