Champignons: verschil tussen versies

Uit Wildpluk wiki
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 11: Regel 11:


De meeste champignons zijn eetbaar maar pas op voor de karbol-, parelhoen- en hazelhoenchampignon. Ze zijn te herkennen aan hun onaangename chemische geur (carbol) alhoewel die niet altijd even sterk te ruiken is. Het vruchtvlees verkleurt geel bij druk. Bij bakken komt de geur sterker vrij. Raadpleeg een paddenstoelgids om meer determinatiekenmerken te vinden.
De meeste champignons zijn eetbaar maar pas op voor de karbol-, parelhoen- en hazelhoenchampignon. Ze zijn te herkennen aan hun onaangename chemische geur (carbol) alhoewel die niet altijd even sterk te ruiken is. Het vruchtvlees verkleurt geel bij druk. Bij bakken komt de geur sterker vrij. Raadpleeg een paddenstoelgids om meer determinatiekenmerken te vinden.
Jonge amenieten kunnen worden aangezien voor jonge champignons. Pluk daarom nooit jonge exemplaren als de lamellen niet overtuigend roze gekleurd zijn. '''''In een veld vol met champignons zou één amaniet uw dood kunnen zijn als u niet altijd zorgvuldig plukt.'''''
Jonge amenieten kunnen worden aangezien voor jonge champignons. Pluk daarom nooit jonge exemplaren als de lamellen niet overtuigend roze gekleurd zijn (en je de paddenstoel goed hebt gedetermineerd). '''''In een veld vol met champignons zou één amaniet uw dood kunnen zijn als u niet altijd zorgvuldig plukt.'''''


Sommige soorten kun je al in mei en juni vinden en die soorten vind je dan meestal niet meer in de laatste oogstmaanden zoals hieronder aangegeven.
Sommige soorten kun je al in mei en juni vinden en die soorten vind je dan meestal niet meer in de latere oogstmaanden zoals hieronder aangegeven.
 
==Foto's==
<gallery widths=400 heights=300 perrow=2>
Bestand:Karbolchampignon.jpg|Karbolchampignon met de typische geelverkleuring aan de onderkant van de steelaanzet (klik voor grotere versie)
</gallery>


'''Verzamelen: mei-november'''
'''Verzamelen: mei-november'''

Huidige versie van 6 nov 2020 om 22:31

Weidechampignon

Agaricus

We kennen allemaal de champignons die je in de winkel koopt. Die is ook wel in het wild te vinden en wordt dan de gekweekte champignon genoemd, what's in a name?. Er zijn meerdere soorten in het geslacht Agaricus. De straatchampignon, weidechampignon, schubbige boschampignon en gewone anijschampignon zijn allemaal goede consumptiepaddestoelen en komen algemeen of vrij algemeen voor.

Kenmerken

Het zijn in hoofdzaak vlezige paddenstoelen. De hoed kan kaal of geschubd zijn. De lamellen zijn vrij van de steel en zijn jong roze en verkleuren, naarmate de paddenstoel ouder wordt, naar donkerbruin. De steel heeft vaak een ring.

Deze straatchampignon doet zijn naam eer aan!

Waarschuwing

De meeste champignons zijn eetbaar maar pas op voor de karbol-, parelhoen- en hazelhoenchampignon. Ze zijn te herkennen aan hun onaangename chemische geur (carbol) alhoewel die niet altijd even sterk te ruiken is. Het vruchtvlees verkleurt geel bij druk. Bij bakken komt de geur sterker vrij. Raadpleeg een paddenstoelgids om meer determinatiekenmerken te vinden. Jonge amenieten kunnen worden aangezien voor jonge champignons. Pluk daarom nooit jonge exemplaren als de lamellen niet overtuigend roze gekleurd zijn (en je de paddenstoel goed hebt gedetermineerd). In een veld vol met champignons zou één amaniet uw dood kunnen zijn als u niet altijd zorgvuldig plukt.

Sommige soorten kun je al in mei en juni vinden en die soorten vind je dan meestal niet meer in de latere oogstmaanden zoals hieronder aangegeven.

Foto's

Verzamelen: mei-november