Pinksterbloem

Uit Wildpluk wiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Pinksterbloem.jpg
De pinksterbloem (Cardamine pratensis) is een overblijvende plant die tot een halve meter hoog kan worden. De plant bloeit met lila tot roze bloemen. De kroonbladen zijn maximaal 18 mm lang. De plant heeft een wortelrozet. De bladeren zijn samengesteld. De deelblaadjes van het wortelrozet zijn kort en breed en vaak bochtig getand. De stengelbladeren zijn smal en lang. De kale stengel is hol, rond en soms iets kantig. De vrucht is een droge doosvrucht. Deze zijn bij de pinksterbloem smal en maximaal 5,5 cm lang.

De plant bloeit van april tot en met juni, maar meestal is eind april het hoogtepunt. De plant komt voor op zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op vochtige tot natte grond.De plant bloeit in grasvelden, bossen en moerassen.

Toepassingen

De bladeren en de jonge scheuten kunnen rauw of gekookt worden gegeten. Ze zijn rijk aan vitaminen en mineralen; vooral aan vitamine C. De bladeren kunnen zowel mild als scherp smaken en kunnen aan een salade worden toegevoegd. De bladeren en scheuten worden in de lente verzameld. Bloemen en bloemknoppen zijn lekker pittig en kunnen rauw worden gegeten en geven een goede smaak aan salades.

Recepten

Cocktail van geitenkaas en waterkers met een salade van pinksterbloem

  • 100 gram verse geitenkaas
  • 1 eidooier
  • 1 el olijfolie
  • 1 el room
  • 1 el chlorophyl van waterkers
  • 200 ml basisbouillon
  • 1 gram agar-agar
  • handvol waterkers en pinksterbloem

Verwarm de bouillon en los agar-agar op, even doorkoken. Roer de chlorophyl erdoorheen. Verwarm zacht de geitenkaas met olijfolie, room en roer de eidooier erdoor. Doe het mengsel in de kidde, monteer een koolzuurpatroon. Schud de fles goed en verwarm licht in water. Spuit het schuim in een glas en giet er snel de warme gelei over. Garneren met blaadjes waterkers en pinksterbloem.

Uit: Michiel Bussink Lekker landschap, Smullen van bos & veld

Pinksterbloemenboterhammen

  • een handvol piksterbloemen
  • brood met kaas

Van pinksterbloemen ga je geen soep koken. De subtiele pracht, pittig in de mond, komt het best tot zijn recht als je de bloemetjes laat zien zoals ze zijn, ter garnering dus van soepen, salades en brood met kaas of drijvend in een glas karnemelk.

Uit: Michiel Bussink Lekker landschap, Smullen van bos & veld

Verzamelen: maart-juli