Marjolein
Wilde marjolein
Wilde marjolein is een keukenkruid dat steeds meer verwilderd in de stad kan worden aangetroffen. Het is een warmteminnende plant die van kalkrijke bodems houdt; standplaatsen waaraan de stad rijk is. Deze plant is door zijn aromatische geur een heerlijk kruid om aan allerlei gerechten toe te voegen, terwijl de schermen vol lieflijke roze bloemetjes een lust voor het oog zijn.
Kenmerken en voorkomen
Wilde marjolein (Oreganum vulgare) hoort bij de lipbloemenfamilie. De kelk die roze is, heeft vijf tanden. De onderaan houtige stengels staan rechtop, zijn veelal vertakt, behaard en roodachtig. De bloemen bloeien van juli tot september. De meeldraden met de paarse helmknoppen steken ver uit de bloemen zodat ze een stralenkrans lijken te vormen. Alle delen van de plant zijn geurig. Marjolein komt in het zuiden van het land meer voor dan in de noordelijke streken. In de rest van het land zijn het doorgaans verwilderde tuinplanten die zich in droge en matig voedselrijke bermen en op dijken thuis voelt.
Gebruikstoepassingen
Marjolein geeft een heerlijk Mediterraan aroma aan pesto’s, vleesgerechten, op aardappelen en is een ingrediënt van het Provencaals kruidenmengsel.
Leuke weetjes
Op marjolein komen veel vlinders af.
De balsemachtige geur die de planten verspreiden is afhankelijk van de standplaats en dus niet altijd hetzelfde.
Geiten en schapen eten marjolein in het wild, terwijl paarden en runderen eromheen grazen.
Echte marjolein (Oreganum marjorana) is een keukenkruid uit Zuid-Europa en Zuidwest Azië. Het is veel aromatischer dan de wilde soort. Te onderscheiden van de wilde soort aan de kelk die geen tanden heeft. De stengel en het blad zijn grijsviltig. De witte bloemen zijn er van juli tot september.
Recepten
- Bovengrondse deel > Sm (Verzamel tijdens de bloei)